In het aanhoudende juridische geschil tussen Apple en Epic Games eist Apple verwerping van een nieuw verzoek van Epic, dat de technologiereus beschuldigt van het overtreden van een voorlopige voorziening uit 2021. Deze voorziening verplichtte Apple oorspronkelijk om ontwikkelaars het gebruik van alternatieve betalingssystemen in de App Store toe te staan, om zo de hoge kosten tot 30 procent te omzeilen. Epic betoogt dat Apples nieuwe beleid, dat goedkeuring vereist voor alternatieve betaalmethoden en nog steeds commissies van twaalf tot zevenentwintig procent inhoudt, deze betaalmethoden "commercieel onwerkbaar" zou maken.
Apple beweert daarentegen in overeenstemming met het voorlopige verbod te hebben gehandeld en benadrukt in zijn recentste indiening dat het doel van het verbod is om "informatie over alternatieve aankoopmogelijkheden gemakkelijker beschikbaar te maken, niet om de commerciële voorwaarden te dicteren waaronder Apple toegang tot zijn platform verleent." Het geschil roept fundamentele vragen op over de betaalmethoden die de App Store van Apple biedt, en of deze praktijken eerlijk zijn tegenover ontwikkelaars.
Deze zaak staat niet op zichzelf. Epic Games had eind vorig jaar al succes in een kartelrechtzaak tegen Google, waarbij een jury oordeelde dat Google een illegaal monopolie had op in-app betalingen en app-distributie op Android-apparaten. Ook deze zaak benadrukte de noodzaak voor verdere openstelling van app-marktplaatsen voor ontwikkelaars.
Het conflict tussen Apple en Epic Games zet zich voort en escaleert terwijl beide partijen wachten op een definitief vonnis. De uitkomsten van deze en vergelijkbare zaken kunnen verreikende gevolgen hebben voor de toekomst van app stores en de digitale economie als geheel. De ontwikkelingen tonen aan dat de discussie over marktmacht, toegankelijkheid en eerlijke voorwaarden in digitale ecosystemen nog steeds zeer actueel is.
