Minister van Verkeer Wissing weigert in te grijpen in tariefconflict bij de spoorwegen

Te midden van het opnieuw opgelaaid tariefgeschil van de vakbond Deutsche Lokomotivführer heeft de federale minister van Verkeer Volker Wissing duidelijk gemaakt dat de federale regering niet van plan is om zich direct te mengen in de aangelegenheden van Deutsche Bahn. De minister benadrukte in gesprek met het ARD-Hauptstadtstudio de noodzaak dat de spoorwegen, hoewel eigendom van de federale overheid, toch als marktdeelnemer zelfstandig moeten handelen en de loononderhandelingen als zodanig moeten voeren. Wissing was van mening dat het niet de rol van de federale regering is om als bemiddelaar bij arbeidsgeschillen op te treden. In plaats daarvan deed hij een beroep op de verantwoordelijkheid van de onderhandelingspartijen om hun geschillen binnen het bestaande systeem van collectieve autonomie te beslechten. Daarbij sprak hij over het belang van het bewustzijn van een maatschappelijke totale verantwoordelijkheid die verder gaat dan individuele belangen. Deze houding markeert een duidelijk verschil met eerdere gebeurtenissen. In 2008 had de toenmalige federale minister van Verkeer Wolfgang Tiefensee zich gemengd in een soortgelijk conflict en droeg bij aan het schetsen van een looncompromis. De toenmalige Bahnchef Hartmut Mehdorn uitte later bezwaren tegen deze ingreep en de effecten ervan op de ondernemersvrijheid. De beslissing van verkeersminister Wissing werpt licht op het gevoelige evenwicht tussen politieke verantwoordelijkheid en ondernemersautonomie van staatsbedrijven, en staat als actueel voorbeeld voor de complexe uitdagingen waarmee staatshandelaars in de economie worden geconfronteerd.